Translation of "Paul" in German

0.004 sec.

Examples of using "Paul" in a sentence and their german translations:

Paul praat veel.

Paul redet viel.

- Ik ben Paul, je kamergenoot.
- Ik ben Paul, jouw kamergenoot.
- Ik ben Paul, jouw flatgenoot.

Ich bin Paul, dein Mitbewohner.

- Ik ben Paul, je kamergenoot.
- Ik ben jouw kamergenoot Paul.

Ich bin Paul, dein Zimmergenosse.

- Ik ben Paul, je kamergenoot.
- Ik ben Paul, jouw kamergenoot.

- Ich bin Paul, dein Mitbewohner.
- Ich bin Paul, Ihr Zimmergenosse.

- Ik ben Paul, jouw kamergenoot.
- Ik ben Paul, jouw flatgenoot.

Ich bin Paul, dein Mitbewohner.

Paul heeft droog haar.

Paul hat trockenes Haar.

Paul heeft net gebeld.

Paul hat eben angerufen.

Inktvis Paul had gelijk.

Oktopus Paul hatte recht.

Paul was in Rome geboren.

Paul ist in Rom geboren.

Ik ben Paul, jouw kamergenoot.

Ich bin Paul, dein Mitbewohner.

Ik ben Paul, jouw flatgenoot.

Ich bin Paul, dein Mitbewohner.

- Paul heeft vorig jaar veel geld verdiend.
- Paul verdiende vorig jaar veel geld.

Paul verdiente im vergangenen Jahr viel Geld.

Ik ben bijzonder tevreden met Paul hier.

Paul finde ich hier besonders gut getroffen.

Paul heeft vorig jaar veel geld verdiend.

- Paul hat voriges Jahr viel Geld verdient.
- Paul verdiente im vergangenen Jahr viel Geld.

Stel dat Paul McCartney een lid van jouw groep is.

Stellen Sie sich vor, Paul McCartney wäre Teil Ihrer Gruppe.

Ik vraag mij af wat er met Paul gebeurd is.

Ich frage mich, was mit Paul passiert ist.

Paul is een van de leerlingen die zullen meedoen aan het schaaktornooi.

Paul ist einer der Schüler, die am Schachturnier teilnehmen.