Examples of using "усыновили" in a sentence and their dutch translations:
Je bent geadopteerd.
Wij hebben een kind geadopteerd.
Zij adopteerden een weeskind.
Ik ben geadopteerd.
Tom is geadopteerd.
Zij adopteerden de wees.
Tom en Maria hebben een gehandicapt kind geadopteerd.
We hebben Tom geadopteerd toen hij drie was.
Ik wist niet dat ik geadopteerd was.