Examples of using "увидел" in a sentence and their dutch translations:
Ik kwam, ik zag, ik overwon.
Hij zag een muis.
Bob zag hem opnieuw.
- Plots zag hij mij.
- Plotseling zag hij mij.
Tom zag een spook.
Ik zag de heuvel.
Ivo zag de druif.
Ik kwam, ik zag, ik overwon.
Ivo zag de druif.
Ik zag een vlieg op het plafond.
Ik zag een huis in de verte.
Ik zag heel ver weg een licht.
- Plots zag hij mij.
- Plotseling zag hij mij.
Ik heb vandaag een ster gezien.
Ik heb Marcus' huis gezien.
Hij zag haar en bloosde.
Hij zag een hond bij de deur.
Hij zag een hond bij de deur.
Tom zag zichzelf in de spiegel.
Gisteren heeft hij een grote man gezien.
Hij zag de vogel in de boom.
Hij zag een hond bij de deur.
Ik zag de maan boven het dak.
Wat ik zag, was schokkend.
Ik zag net iets, kijk. Kijk. Snel.
Ik heb haar herkend van zodra ik haar zag.
Ik heb gekeken, maar niets gezien.
Tom zag de bus.
Tom zag een slang.
Tom heeft een muis gezien.
Ik zag een hond.
Hij keek rond, maar zag niemand.
Ik had het geluk hem te zien.
Tom zag een slang over het pad kronkelen.
Tom zag een spook.
Tom zag een eland.
Ik zag een hond.
Dat was de eerste keer dat ik buitenlanders zag die op Amerikanen leken.
Ik zag Andrea van huis weggaan.
Wat ik zag was deprimerend.
Je kan maar beter je sigaret uitdoen voor Terry het ziet.
Het gezicht van het kind straalde als de zon toen hij de kerstman zag.
Toen ik het treinstation uitging, zag ik een man.
Ik zag een zwarte kat het huis binnenrennen.
- Ik zag het.
- Ik zag dat.
- Ik zag.
- Ik heb het gezien.
Ik wil niet dat Tom me naakt ziet.
Ik heb vandaag een ster gezien.
Ik werd verliefd op Maria toen ik haar het eerst zag.
Tom heeft niets gezien.
Toen ik hem zag, zat hij in de bibliotheek.
Wat zou er gebeurd zijn als Tom ons had gezien?
Ik heb niets gezien.
Tom heeft het niet gezien.
Nauwelijks twee maanden later zag ik een andere politieke stunt.
De Roemeense voetballers heb ik voor het eerst in Madrid gezien.
Tom zag Maria.
- Tom zag iets in het bos dat hem bang maakte.
- Tom zag iets in het bos waarvan hij schrok.
Was je verbaasd om me te zien?
Zodra hij mij zag, liep hij weg.
Ik heb niets vreemds gezien.
Gisteren heeft hij een grote man gezien.
- Ik was kalm totdat ik de spuit zag.
- Ik was rustig totdat ik de injectienaald zag.
Links van me bevond zich een vreemde gedaante. Ik dook dieper...
Ze wordt het hol uit gespoeld, zo goed als dood.
Als ik Anca zou zien, zou ik haar waarschijnlijk niet herkennen.
Misschien heeft Tom iets gezien.
Ik zag een licht aan het einde van de tunnel.
Tom zag Mary met een andere man.
Toen ik hen twee tijdens een afspraakje zag, vroeg ik: "Gaan jullie trouwen?"
Tom zag Maria aan de andere kant van de kamer en ging met haar praten.
Ik kon het niet helpen te lachen toen ik hem zag.
Ik heb niets gezien.
Er zijn al twee weken voorbij, en ik heb u niet gezien.
Ik heb niemand gezien.
Ik kon niet alles zien.
Ik zag de maan boven het dak.
- Ik zag het gebeuren.
- Ik heb het zien gebeuren.