Examples of using "心配しなくていいよ。" in a sentence and their dutch translations:
- Maak je maar geen zorgen.
- Maak je maar geen zorgen, hoor.
Maak je geen zorgen.
Maak je geen zorgen.
Je hoeft je geen zorgen te maken over zoiets.
- Maak je geen zorgen.
- Maak u niet ongerust.
Maak je er geen zorgen over!
- Maak je geen zorgen.
- Maak u niet ongerust.
- Maak je geen zorgen.
- Maak je maar geen zorgen.
- Maak je geen zorgen.
- Maak je maar geen zorgen.
- Trek het je niet aan.