Examples of using "Aiuterò" in a sentence and their dutch translations:
- Ik zal je helpen.
- Ik zal u helpen.
- Ik help je.
- Ik help u.
- Ik help jullie.
- Ik zal jullie helpen.
- Met plezier zal ik je helpen.
- Ik zal je met plezier helpen.
- Ik help je graag.
Ik ga hem helpen.
Ik zal haar helpen.
- Met plezier zal ik je helpen.
- Ik zal je met plezier helpen.
- Ik help je graag.
- Ik zal je helpen.
- Ik zal u helpen.
- Ik zal u helpen.
- Ik help u.
- Ik help jullie.
- Ik zal jullie helpen.
Ik zal helpen Tom te vinden.
Ik zal hem morgen helpen.
Ik zal je helpen wanneer ik met mijn werk klaar ben.