Examples of using "Hoşlanır" in a sentence and their dutch translations:
Zij houdt van koffie.
Nancy houdt van muziek.
- Hij houdt van snoepjes.
- Hij houdt van snoep.
- Hij houdt van zoetigheden.
Melanie houdt van muziek.
Mijn vader is verlekkerd op pizza.
Tom houdt van chocola.
- Hou je van koffie?
- Houdt u van koffie?
- Houden jullie van koffie?
Thomas houdt van schrijven.
Tom houdt van het zwemmen.
Hij houdt van countrymuziek
- Vind je volleyballen leuk?
- Vindt u volleyballen leuk?
- Vinden jullie volleyballen leuk?
Houdt Tom van tomaten?
Zij vindt het leuk mensen te vernederen.
- Hou je van reizen?
- Reis je graag?
Mary houdt van romantische komedies.
Hij houdt van de westerse cultuur.
Hij leest graag boeken.
De helft van mijn klas houdt van honden.
- Ze houden ervan op de hoogte te blijven.
- Ze houden ervan op de hoogte gehouden te worden.
- Tom houdt van reizen.
- Tom reist graag.
Maria houdt van countrymuziek.
Zij houdt ook van chocolade.
Tom houdt van rauwe wortels.
Tom houdt van moppen vertellen.
Linda houdt echt van chocolade.
- Hou je van Italiaanse muziek?
- Houdt u van Italiaanse muziek?
- Houden jullie van Italiaanse muziek?
Ze gaat graag naar de sauna.
Houdt je vriend van thee?
Tom houdt van Griekse yoghurt.
Tom houdt van vissen.
Tom luistert graag naar muziek uit de tachtiger jaren.
Tom vindt het leuk om iets nieuws te proberen.
Tom houdt van rauwe wortels.
- Vind je het leuk om kerstliedjes te zingen?
- Vindt u het leuk om kerstliedjes te zingen?
- Vinden jullie het leuk om kerstliedjes te zingen?
Alle jongens spelen graag honkbal.
Mijn ouders houden ervan iedere winter te gaan skiën.
In haar vrije tijd is ze graag op het Internet.
- "Houd je van slangen?" "Natuurlijk niet."
- "Houden jullie van slangen?" "Natuurlijk niet."
- "Houdt u van slangen?" "Natuurlijk niet."
- „Hou je van slangen?” „Natuurlijk niet.”
Eekhoorns houden van noten.
Hij houdt van reizen. Ik houd er ook van.
Ze gaat graag alleen wandelen.
- Grootmoeder kijkt graag tv.
- Oma kijkt graag tv.
Hij houdt van koffie zonder suiker.
Melanie eet graag pizza.
Hij houdt erg van sarcasme.
De meeste mensen houden van pizza.
Tom houdt van de kleur oranje.
Tom waardeert moderne kunst.