Examples of using "Poproszę" in a sentence and their dutch translations:
- De rekening, alstublieft.
- Mag ik de rekening alstublieft?
- Mag ik de rekening?
- De rekening alsjeblieft.
- Controleer alsjeblieft.
- Controleer alstublieft.
- De rekening alstublieft.
- Een cola, alsjeblieft.
- Een cola, alstublieft.
Vis, alsjeblieft.
Een biertje, alsjeblieft.
Thee, alstublieft.
Koffie, graag.
- Rundvlees, alstublieft.
- Rundvlees, alsjeblieft.
Kip, alstublieft.
Champagne alstublieft.
Twee kaarten voor volwassenen alstublieft.
Koud water, alstublieft.
- Zeep, alsjeblieft.
- Zeep, alstublieft.
- Ik zou graag sinaasappelsap willen hebben.
- Sinaasappelsap alstublieft.
Mag ik een kopje koffie?
Drie ijsjes, alstublieft.
Geef me alsjeblieft een hamburger.
Ik wil een paar lege glazen.
Ja, sinaasappelsap, alstublieft.
Naar het Hiltonhotel alstublieft.
Mag ik alstublieft een glas water?
Nog één fles wijn, alstublieft.
- Twee vanille-ijsjes alstublieft.
- Twee vanille-ijsjes asjeblieft.
Geef me een fles wijn.
Uw kredietkaart alstublieft.
Ik zal om een nieuwe schrijftafel vragen.
Ik zou graag iets eten.
Mijn kamersleutel graag.
Een halve haan met friet, alstublieft.
Twee glazen sinaasappelsap, alsjeblieft.
Twee biertjes, alsjeblieft.
- Een koffie met koffieroom en suiker, alstublieft.
- Een koffie met koffieroom en suiker, alsjeblieft.
- Geeft u me een pen en een paar bladen papier, alstublieft.
- Geef me een pen en een paar bladen papier, alstublieft.
Geef me nog een kilo gehakt. Het is nooit te veel. Twee chacareritos. Deze hond is duurder dan een varken.