Translation of "悪かった。" in Dutch

0.047 sec.

Examples of using "悪かった。" in a sentence and their dutch translations:

悪かった。

Het spijt me.

俺が悪かった。

Dit was mijn fout.

私が悪かったです。

Dit was mijn fout.

彼は行儀が悪かった。

Hij heeft zich slecht gedragen.

彼女は心臓が悪かった。

- Ze heeft een hartkwaal.
- Ze heeft een hartaandoening.

気分が悪かったからです。

Omdat ze zich ziek voelde.

君だけではなく僕も悪かった。

Niet alleen jij maar ook ik had schuld.

彼の兄は私に意地が悪かった。

Zijn broer deed gemeen tegen me.

今朝起きた時、気分がとても悪かった。

Toen ik vanochtend wakker werd, voelde ik me ziek.

若い頃からずっと体調が悪かったのです

die zich had geopenbaard toen hij een jonge man was.

- 悪かった。
- どうも失礼。
- 御免なさい。
- すみません。

- Excuseer.
- Sorry...
- Het spijt me.
- Mijn excuses.

私は自分のしたことを悪かったと思わない。

Ik heb geen spijt van wat ik gedaan heb.

夜中に雨が降ったので道がたいへん悪かった。

Omdat het de hele nacht geregend had, waren de wegen in een erg slechte toestand.

隣人がやって来て言います 「ああ 運が悪かったね」

De buren zeiden: "Oh, dat is tegenslag."

- 私は昨日病気でした。
- 昨日は体の具合が悪かったんだ。

Gisteren was ik ziek.

彼女は子供が人前でお行儀悪かったのでとても当惑した。

Ze schaamde zich heel erg toen haar kind zich erg misdroeg in het openbaar.

- 私は昨日病気でした。
- 昨日病気でした。
- 昨日は体の具合が悪かったんだ。

Gisteren was ik ziek.

- 彼は自分の落ち度を認めた。
- 彼は自分が有罪であることを認めた。
- 彼は自分が悪かった事を認めた。

Hij heeft zijn fout erkend.

- 彼は病気で来られなくなった。
- 彼は病気だったので、来られなくなった。
- 彼は具合が悪かったので来ることができなかった。

Hij kon niet komen, omdat hij ziek was.

More Words: