Examples of using "分かる。" in a sentence and their dutch translations:
We begrijpen het.
- Ik weet wat je wilt zeggen.
- Ik weet wat je bedoelt.
- Hoe laat is het?
- Hoe laat is het nu?
Ik weet precies waar het van komt.
Ze kan het ruiken.
Weet je van wie dit is?
Aan de vruchten kent men de boom.
Weet je van wie dit handschrift is?
Weet jij hoe laat het is?
- Ik denk dat ik het snap.
- Ik denk dat ik het begrijp.
Ik weet wat je wilt zeggen.
Dat is zelfs duidelijk voor een kind.
Als ik die kon zien, kon ik zien welke kant ze op bewoog.
Weet jij wat dat betekent?
Ik voel waar het gat heen gaat. O, man.
Weet je wat die zin betekent?
Ik weet precies hoe je je voelt.
Ik heb met je te doen.
Als je eroverheen bent... ...realiseer je je dat je nog kilometers te gaan hebt.
We zouden tegen donderdag de uitslag moeten weten.
Het laat alleen maar zien dat je geen robot bent.
Zelfs een kind kan het begrijpen.
Ik voel de opwaartse wind van deze kliffen.
Maar je kunt je voorstellen dat het niet erg lekker smaakt.
Middels vibratie berekent ze de afmeting en snelheid.
En nu weet ik hoe de helmslak verbonden is met de egel... ...en de octopus met de slak.
- Dat verklaart hoe het komt dat de deur open was.
- Dat verklaart waarom de deur open was.
Ik begrijp het.
Hoe moet ik dat weten?
Echte maagpijn. Ik weet precies waar het van komt.
Terwijl we de ijskappen zien smelten,
Ingebouwde nachtlampjes om elkaar te kunnen zien.
Weet jij hoe laat het is?
Ik begrijp hoe je je voelt.
- U zult merken dat deze kaart erg handig is.
- Je zult deze kaart erg handig vinden.
Voor je het doorhebt, sta je in de krant.
Maar hoe kan iemand dat weten als ze het niet vragen?
Je kunt waarschijnlijk wel raden wat er gaat gebeuren.
Hoe weet je dat licht sneller is dan geluid?
en dat er niet veel kan gebeuren als het normale materie tegenkomt.
Weet je waar ik woon?
- Begrepen.
- Ik begrijp het.
- Ik snap het!
- Oké.
- Ik begrijp dat wel.
- Dat begrijp ik.
Aan zijn vrienden kent men de man.
De man die zojuist nog meende iets te bedisselen, ligt plotseling star tussen zes planken en de omstanders, die wel inzien dat ze van hem niets zinnigs meer hoeven te verwachten, schuiven hem een crematorium in.
- Hoe moet ik dat weten?
- Weet ik veel!