Examples of using "Spreche" in a sentence and their dutch translations:
Ik ben aan het praten.
Ik spreek.
Ik spreek geen Chinees
Ik spreek geen Japans.
Ik spreek geen Iers.
Ik spreek Interlingua.
Ik spreek geen Turks.
Ik spreek Esperanto.
Ik spreek Spaans.
Ik spreek Lojban.
Ik spreek Japans.
Ik spreek Russisch.
Ik spreek Engels.
Ik spreek Interlingua.
- Ik spreek snel.
- Ik praat snel.
Ik spreek Frans.
Ik spreek daarover.
Ik spreek Iers.
Ik spreek Duits.
Ik ben aan het praten.
Ik spreek Arabisch.
Ik spreek Oezbeeks.
Ik spreek Hongaars.
Ik spreek Zweeds.
Ik spreek Fins.
Ik spreek Mari.
Ik spreek Portugees.
Ik spreek Baskisch.
Ik spreek Gronings.
- Ik spreek je taal niet.
- Ik spreek uw taal niet.
- Ik spreek jullie taal niet.
Ik spreek een beetje Russisch.
Ik spreek een beetje Japans.
Ik spreek een beetje Spaans.
Ik spreek een beetje Engels.
- Met wie spreek ik?
- Met wie praat ik?
Ik spreek goed Japans.
- Ik spreek geen Frans.
- Ik ken geen Frans.
Ik spreek vloeiend Engels.
Ik spreek al Italiaans.
Daar praat ik niet over.
Ik spreek geen Lojban.
Ik spreek geen Turks.
Spreek ik te snel?
Omdat ik Chinees spreek.
Ik spreek geen Oekraïens.
Ik spreek geen Portugees.
Ik spreek nooit Frans.
Ik spreek dagelijks Engels.
Ik spreek geen Catalaans.
Ik spreek ook Frans.
Ik spreek drie talen.
Ik spreek geen Russisch.
Ik spreek al Frans.
Ik spreek uit ervaring.
Ik spreek met Tom.