Examples of using "ちょっと待って。" in a sentence and their dutch translations:
- Wacht eventjes.
- Wacht eens heel even.
- Wacht eens even.
- Wacht een seconde.
Wacht even!
Niet zo vlug, jonge vriend.
Wacht eventjes.
Wacht eventjes.
Wacht nog een beetje.
Zou u even kunnen wachten?
Wacht heel even, alsjeblieft.
Wacht een ogenblik. Ik zal Jimmy eens bellen.
Hé, wacht even!
Wacht even, ik wil naar de wc.
Wacht eens heel even.
- Zou je even kunnen wachten?
- Zou u even kunnen wachten?
- Wacht eventjes.
- Wacht een beetje.
- Wacht een minuut.
- Een moment!
- Een minuut.
Wacht even tot ik klaar ben.
Wacht nog een beetje.
Een ogenblik. Ik heb nog niet beslist.
Zou u alstublieft even kunnen wachten?
- Een ogenblikje.
- Een moment!
- Momentje!
- Een minuut.
Eén moment, alstublieft. Rechtdoor en dan rechtsaf, toch?
Een ogenblik, alstublieft.
Een ogenblik, alstublieft.