Examples of using "Travels" in a sentence and their dutch translations:
Tom reist.
Slecht nieuws gaat snel.
Hij reist rond.
Geluid beweegt zich erg snel voort.
- Jean reist minder dan Alice.
- Jean verplaatst zich minder dan Alice.
Hij reist over zee.
Hij heeft ver en vaak gereisd.
Hij reist vaak naar het buitenland.
Stephen reist meer dan zijn baas.
en als mijn reizen me iets hebben bijgebracht,
Hoe weet je dat licht sneller is dan geluid?
"Gullivers reizen" werd door een beroemde Engelse auteur geschreven.
Tom neemt niet zo veel mee als hij op reis gaat.
Sami reist nooit zonder een exemplaar van de Koran.
Ik bereisde 15 landen en 18 staten,
Hoe weet je dat licht sneller is dan geluid?
Hij gaat nooit op reis zonder een wekker mee te nemen.
Ze legt 40 kilometer per nacht af in haar zoektocht naar eten.
Een lichtjaar is de afstand die het licht aflegt in een jaar.
Om je een voorbeeld te geven van hoe snel licht reist,
Maar het geluid van de jacht reist ver door de koele nachtlucht.
Naar welke plaatsen zoudt ge willen reizen? Hoe? Waarom?
Dat sommige mensen er geniaal uitzien voordat ze dom klinken, komt doordat licht zich sneller voortplant dan geluid.
Omdat licht sneller reist dan geluid zien we de bliksem voordat we de donder horen.